Bij privézaken waar in Nederland een taboe op rust, hoort zeker ook de politieke keuze die men gemiddeld zo eens per jaar (Lands, E-U, Gemeente en Provincie) maakt. Tenzij je lid bent van een politieke partij en dat graag uitdraagt, dan schreeuw je het juist van de daken. Om het netjes te houden, ventileer je dat middels een affiche aan de binnenkant van het vensterglas. Dat geeft het veilige gevoel dat niemand er iets overheen kan kalken. Vroeger werden ten tijde van verkiezingen hele rijen bermbomen met affiches ontsierd, daarna verzorgden de gemeenten speciale borden waar elke partij zijn kleurrijke slogans op mocht plakken, maar vooral in het donker verviel elke vorm van fatsoen en bedekten de brutaalsten met levensgrote plakaten de kleintjes. Dat getuigde van weinig sympathie en dus bedachten de gemeenten een andere manier. Iedere partij krijgt nu dezelfde ruimte ter grootte van een A2-tje. Gelijke kappen, gelijke monniken. Eerlijker kan het niet. ‘Jezus leeft’ is tot de rode potloden worden geslepen, evengroot als de ‘BoerBurgerBeweging’. Na de verkiezing zag dat er heel anders uit. Elk medium sprak van een aardschok en dat was het ook. De regerende coalitie is gelijk een strike op de bowlingbaan neergekegeld. Behalve het CDA deden de VVD, D66 en de CU daar nogal luchtig over, maar het is een feit dat ons land weer uit boeren en burgers bestaat en dat die zich meer dan ooit zullen roeren. De BBB-stemmers zijn relatief oud en laagopgeleid, las ik. Dat is kennelijk nooit een punt geweest bij al die vorige verkiezingsanalyses, maar men zoekt naar mijn mening een stok om de BBB-stemmer mee te kunnen slaan. Óf de BBB waar kan maken wat ze roeptoeteren, is zeer de vraag. Maar dat Rutte cq op hun tellen moeten passen is meer dan duidelijk.
Even iets anders. In het kader van de Landelijke Opschoondag – Nederland Schoon (dit heeft niets met de politiek te maken!) verstrekte onze gemeente aan een ieder die zich geroepen voelde bermvuil op de rapen ….. een grijpertje, handschoenen en een oranje hesje! Ik spoedde mij naar het gemeentehuis. De hesjes waren reeds op en de handschoenen niet aangekomen, hoorde ik en dus keerde ik terug met alleen het grijpertje. Vanmorgen heb ik dit exemplaar uitgeprobeerd. Ik ben beslist niet onbekend met dit ingenieuze wapen tegen het zwerfvuil en ik weet dus ook dat je voor het gebruik ervan een zekere aanleg moet hebben. Ik vrees dat ik dit te weinig heb. Al jaren raap ik bermvuil met mijn eigen grijpertje, te weten: mijn gehandschoende rechterhand. Dat gaat zonder problemen. De moeilijkheid zijn slootwallen en slootbodems. Daar kan ik niet bij. Zo’n mechanisch apparaatje zou uitkomst bieden. Ik testte eentje uit. Voor een bier- of energydrinkblikje zich tussen de twee tandjes liet pakken, was ik minstens tien pogingen verder en een fles liet zich al helemaal niet vastpakken. Ze waren te zwaar en te glad. Zelfs sigarettendoosjes kon hij amper aan. Dat was toen. Misschien dat deze beter zou zijn. Niet dus. Eerder nog minder. Teleurgesteld heb ik het ding bij de nodeloze voorwerpen aan de muur in de schuur gehangen. Voorwerpen waarvan ik denk als ik er langsloop: wat kan ik hier nog mee? Er zullen best goeie grijpertjes zijn, maar deze is duidelijk bedacht door iemand die nog nooit een blikje of een flesje heeft opgeraapt. Zonde van het gemeenschapsgeld. Misschien zouden de ambtenaren van de gemeente er zelf eens een dagje opuit moeten trekken om de natuur van het menselijk afval te ontdoen. Ik vrees dat er daarna meerdere van die grijpertjes woest zouden zijn achtergelaten. En ik zou dat nog wel begrijpen ook! Misschien kan een BBB-gedeputeerde dit straks aangrijpen als een belangrijk item voor zijn of haar maidenspeech. Niettemin geeft het altijd een goed gevoel zwerfvuil te hebben opgeruimd. ’t Is een druppeltje op een groeiende plaat, ik weet het, maar zonder geloof te hechten aan dat druppeltje, kom je geen steek verder.
Willem.