Column “Hulde aan de opruimers”

421

De berkenbomen langs ons pad staan elkaar door de harde wind kopjes te geven en losse takken liggen her en der in onze tuin. Het is midden in de winter en 10 graden boven 0 op de thermometer. ‘Als het niet gaat winteren, dan krijg je dit soort schietweer’, voegde mij onlangs een amateurweerman toe. Hij had wel een beetje gelijk, hoewel met vorstweer kan het ook aardig spoken. Ik trof de man bij het bosje achter het Vonderpad, waar na elke stevige winddag een volgend aantal bomen het loodje legde. Ik zal het toch niet meemaken dat er nog eens iemand een vallende tak of boom op zijn of haar schedeldak krijgt, denk ik weleens als ik er langs loop.

Vanmiddag waren een aantal mensen bezig de rommel langs de Hunze en de Beek op te ruimen. Ik had wel willen helpen, maar dien zuinig op mijn snotterige lichaam te zijn. Ik ging desondanks toch even kijken hoeveel het had opgeleverd. Dat viel mee of moet ik zeggen tegen. Het is altijd weer een verrassing te zien wat de moderne mens zoal meesleept aan ameublement en consumptiegoed dat ze zonder centje pijn achterlaat aan de volgende generatie. In het verleden heb ik al eens een tuinstoel, een koelbox en een parasol op bijna ontoegankelijke plekken aangetroffen en geruimd. Je kunt je daar wel boos over maken, maar dat helpt weinig. Ook de vast en zeker goedbedoelde complimenten vanwege het schonen van slootwallen en bermen van blikjes, petflessen en ander vuil neem ik meestal gelaten tot me, want wat is eenvoudiger dan dit óók te doen. ‘Het is bijna net zo makkelijker dan je kont afvegen’ zei ik eens tegen iemand die mij er nogal badinerend op aansprak. Ik weet ook wel dat het soms tegen de stroom inroeien is, maar niets doen helpt nog minder. Gelukkig zie ik meer mensen zwerfvuil rapen en wie weet wordt het nog eens een gewoonte om de weggooiers er op aan te spreken. Die zijn tenslotte de bron van die zwerfvuilellende.

Dat overdacht ik in de gure wind bij de oude stuw. Niks 10 graden boven 0. Een gevoelstemperatuur van tegen het vriespunt, was het. In de verte zag ik het clubje bikkels naderbij komen. Het beeld hoe de oermens zich hier ooit nestelde drong zich bij me op. Zij had echter nog niet de beschikking over een kruiwagen en plastic jassen. De mens anno 2019 wel. Maar ik zei al; het viel deze keer mee. Hulde aan deze mensen en al degenen die de natuur een goed hart toedragen en zorgen dat het een beetje ordelijk blijft. Hulde !!

 

Willem Haandrikman