Mooi Engeland…
Als iemand mij als kind zou hebben gevraagd wat ik ‘als ik groot ben’ zou willen worden, zou ik denk ik uit het rijtje stoere beroepen treinmachinist hebben gekozen. Geen brandweerman of piloot of politieagent. Veel te gevaarlijk. Treinen vond ik geweldig. Ik speelde zo nu en dan bij een jongen die een echte Märklin-spoorbaan had, met wissels en al. Omdat hij niet groot woonde mocht hij de rails van zijn moeder onder de tafel door leggen. Ik kon mij helemaal in dat treinspel verliezen. Die jongen had een oudere zus en het gebeurde op het eind van een middag dat zij zich bij het aanrecht ging staan wassen. Een douche hadden zij niet, wij trouwens ook nog niet. Mogelijk had ze niet door dat ik mij onder die tafel bevond. Ze kleedde zich bijna helemaal uit en waste zich. Voor het eerst aanschouwde ik vrouwelijk naakt in al haar glorie. Jaren later kreeg ik soms bij het zien van een tenderloc in een flits het beeld van deze heimelijke beleving weer voor ogen.
De eerste echte stoomtrein zag ik trouwens in Duitsland en later in Engeland. Mijn eerste rit in Engeland was zelfs mét een stoomtrein. Ach ja, Engeland… Praat me er niet van. De tijd dat ik er jaarlijks (of enige keren) kwam ligt ver achter me. Engeland was geen lid van de Europese Unie. Ik hield wel van dat eigengereidde. Engeland: waar The Beatles vandaan kwamen en ik Punk zag floreren. Van Dinky Toys en van Meccano. Bij elk reisje dat ik maakte stuurde ik ansichkaartjes naar mijn familie en vrienden met ‘het is hier heel mooi’ en daaronder ‘de groeten uit… Londen, Yorkshire, Schotland, Liverpool…’ ik noem maar wat. Om ze te laten weten wat ze misten. Op zeker moment hield ik het reizen naar Engeland voor gezien, maar als een respijter hield ik het nieuws over Engeland bij en dat stemde me vaak niet vrolijk. Kort geleden bijvoorbeeld las ik dat de fabriek waar Meccano wordt gemaakt en dat onderdeel is van Hornby’s-speelgoedtreinen zware verliezen lijdt en mogelijk gaat sluiten. Heeft meer dan honderd jaar bestaan. Er wordt door kinderen steeds minder met treinen gespeeld en hijskranen maken ze al helemaal niet meer. Uit de tijd. Dat was nog vóór de Brexit. Toen ik dát hoorde stond mijn wereld even stil. Ik dacht dat het bericht niet klopte. De zaterdag erop zouden we met de STAR. Een aardig reisje tussen Veendam en Musselkanaal. Zeer aanbevelenswaardig. Maar de regen, en niet alleen de regen, gooide roet in het eten. We bleven maar thuis. We somberden en bespraken uit-en-te-na de toestand aan de overzijde van de Noordzee, want mijn vrouw is net zo anglofiel als ik. Tegen vijven, het was al een tijdje droog geweest en we zaten onder de luifel een broodje te eten, klonk het ons zo bekende signaal van de trein vanaf Nieuwediep. Alsof het zo moest zijn begon het weer te regenen. We bleven net zolang zitten tot het water door de kieren van het dakje kwam en we uit onze splendid isolation naar binnen werden gejaagd. Zo moet het voor een hoop Engelsen nu ook voelen; alsof ze worden teruggezet in hun eigen hokje en niets meer met die vastelanders te maken mogen hebben. Met lichte vrees volgde ik de ontwikkelingen tot ze zelfs bij het EK-voetbal nota bene door de IJslanders werden verslagen. ‘Blimey!’ riep ik en de wet van murphy indachtig, een understatement waardig: ‘Dit kan er ook nog wel bij’.
Hoe het verder met de Engelsen zal gaan is zeer de vraag, al hoop ik het beste. Anyway…ik wens u, hoe de pond ook rolt, een plezierige zomer en een mooie vakantie toe en tot wederhoren.
Willem.