Pieter for President

476

Ik heb me teruggetrokken in het koelste deel van ons huis, ik noem het voor het gemak het achterkamertje. Een woord met een negatieve klank, want het schijnt dat er in regeringskringen in zulke kamertjes nogal eens gekonkelefoesd wordt over één en ander. Het wonderlijke is dat vanaf het moment dat ik mij hier neerzette, ik ook meteen een soort retrospectief voor ogen kreeg van het reilen en zeilen van ons zwabberkabinet. Dat bleek vooral na het oversteken van het coronavirus van onze landgrens. Zo’n indringer kenden we niet en dus diende er grof geschut te worden ingezet. Anderhalve meter afstand, handen wassen, quarantaine, halve- en hele lockdowns en avondklok werden nieuwe begripppen. Zelden zoveel gekissebis of moet ik zeggen regelrechte aanvallen, gehoord en gezien dan in de dagen van covid-19. Zelden ook zoveel ontredderde stuurlui aan wal zien staan. Lieden die heel die corona bezagen als een griepje en lieden die het zelfs niet eens als een ziekte, maar als een boze uitwas van Bill Gates en de zijnen zagen en zich onder geen beding wilden laten vaccineren. Willem Engel en soortgenoten aten het probeem luchtig weg met een banaantje uit eigen republiek. Ik laat complotdenkers, wappies, q-anons en andere wijsneuzen even buiten beschouwing. Ons kabinet had het er al moeilijk genoeg mee, temeer er in de Kamer een hardnekkige Baudet-infectie heerste. En toen viel heel het kabinet ook nog eens rollebollend over die vermaledijde kindertoeslagen. Alsof het gezeur van die Groningse gasslachtoffers al niet genoeg was, alsof onze staatskas dat er óók nog wel eventjes bij kon ophoesten. Jaahh, dan hadden ze maar beter moeten luisteren naar Omtzigt, dat Enschedese klokkenluidertje, Pieter voor insiders. Hij zat al sinds 2012 aan de deuren te rammelen, maar baas Rutte liet hem niet binnen. Mark wist helemaal niets van een kindertoeslagenaffaire, zei hij voor de bloedraad. Iedereen had onze premier kunnen vertellen dat die jongens uit de Achterhoek vasthouders zijn. En daar struikel je dan met zijn 149-gen over. Want Pieter zat inmiddels afgebrand thuis. Hij was overopvallend door mevrouw Ollengren aan de kant geschoven. ‘Functie elders’. Bijna even leesbaar als de letters KLM bij Schiphol. Deze term is in medialand en bij het UWV juichend verwelkomd als een zeer werkbaar staande begrip. In mijn werkzame jaren heette zo iemand gewoon een lastpost en dus overtollig. Sindsdien is het in Den Haag een wildernis van heen en weer gelieg en gebedrieg. Eén noemt het koudstellen van Pieter ‘sensibiliseren’, een ander noemt de journalisten inzake de zaak Graus ’tuig van de riggel’, kortom: de Haagse verloedering kent geen grenzen. Vroeger werd een opstandeling nog weleens weggezet als een recalcitrant of in het uiterste geval een schoft. Nu is het onderdeel geworden van politieke strategie. Omtzicht heeft zich inmiddels weer geroerd. Hij mag van het UWV twee uurtjes per dag computeren en heeft er meteen een memo van 60-70 pagina’s uitgeramd. Dat zal ze leren! Daarna nam hij ontslag. Alles met voorbedachte rade, want volgend jaar komen er weer landsverkiezingen. Tenminste, dat zeg ik. En let op, dan komt Pieter met zijn eigen partij. Daar kun je donder op zeggen. Pieter for president is misschien nog wat te vroeg, maar hij zal er alles aan doen om heel hoog te eindigen. Daar ben je geen hogere wiskunde voor nodig.

Het wordt warm in mijn achterkamertje. Ik breek uit! Ik heb zin in een banaan en een groot glas fris en daarna een kouwe douche. Dat zou voor de politiek in Den Haag ook zeer welkom zijn. Moi maar weer.                                                                                                               

                                                                                                                               Willem.