Je kunt bijna geen krant of tijdschrift openslaan of je leest op enig moment wel iets over de oorlog. Niet dat ik er specifiek op let of omdat het weer tegen de dagen van de bevrijding loopt. Een boekenbijlage, in welke krant dan ook, is zelden Tweede Wereldoorlog-vrij. Er is altijd wel een herdruk van een klassieker of de uitgave van het dagboek van een onlangs achter de beschotting van een leeggeruimd huis gevonden koffer met daarin schrijfsels van de vroegere bewoners. Nee, het houdt nooit op. Ik heb me weleens afgevraagd hoe de Nederlandse schrijverij er uit zou hebben gezien zonder al die verhalen over De Tweede Wereldoorlog of hoe de maatschappij zich zou hebben ontwikkeld als deze vreselijke tijd niet had plaatsgevonden. Allicht was dat veel beter geweest, maar het heeft het culturele leven ook een enorme optater gegeven. De grote schrijvers wier oeuvre doordringt is van allerlei zaken die met de bezettingstijd te maken hebben, zouden ook zonder die narigheid best wel tot mooie boeken zijn gekomen, maar het heeft hun carrière wel vaart gegeven. Ik noem mensen als Harry Mulisch, WFHermans, Marga Minco en Anne de Vries. Hetzelfde geldt voor filmmakers. Is dit hun aan te wrijven? Nee, zeker niet! Zij waren zelf getuige van de vreselijkste misdaden en deden daar op hun wijze verslag van. Dit moest worden verteld. Ze deden dat op magistrale wijze, zoals het goede vaklui betaamd. Misschien ook wel met het doel dat de mensheid ervan zal leren. Maar dit was te hoog gegrepen. Ook het boek ‘De hut van oom Tom’ heeft niet kunnen zorgen dat zwart en wit na de afschaffing van de slavernij door één deur kunnen. Er is wat dat betreft nog een hele lange weg te gaan. De spanning tussen mensen onderling zal altijd een punt van zorg blijven. En daarom is het ook van belang om aandacht te blijven schenken aan de Vrijheid. Dat is nu eenmaaal geen vanzelfsprekendheid. Het is een weelde die men moet koesteren en uitdragen. Het houdt dus inderdaad nooit op.
Willem.