Uitblazen en weer opbouwen

376

Ik moet het er toch even over hebben, al is nakaarten en kun je er niets aan veranderen: over de storm van 24 augustus jongstleden. Want wat een geweldige ravage heeft die korte, hevige windhoos veroorzaakt. Wij -mijn vrouw en ik- wonen net buiten het gebied waar de storm huis hield en hebben amper wat gemerkt van de gevolgen. Pas de volgende ochtend zag ik het. Ik reed over de Broek, op weg voor een loopje bij de stuw. Ik zag een hoop volk op straat, bij het ontboste parkje voor de vroegere openbare school en de open plek op de hoek Broek/Herenweg-Noord. Op Bonnerveen weer een aantal bomen omver en aan de Noordveensedijk lag het halve bosje plat! Ik reed terug via Boerendijk en de Streek. Overal lagen bomen en takken in de berm. Op de begraafplaats bedekten een paar reuzen een groot deel van de grafzerken. Veel kapot natuurlijk, dat kon niet anders. En op andere plekken weer helemaal niets. Hoe was het toch mogelijk! Ook bij ons niet. De storm -valwind is de meterologische aanduiding- was dan ook zeer plaatselijk. Later zag ik hoe de populierenrij achter de ijsbaan aan Heren-Noord voor een groot deel was geknakt. Als luciferstokjes afgebroken of in andere gevallen ontworteld. Hier en daar waren ook huizen en gebouwen (o.a. het dorpshuis) beschadigd. Ik zag de schrik op de gezichten van hen die het hadden meegemaakt. ‘Uitblazen en weer opbouwen’, hoorde ik iemand tamelijk nuchter zeggen. Tja.

Het kleine kerkje bestaat dit jaar honderd jaar. Ik heb in een verhaaltje op mijn blog al aandacht besteed aan de vergadering voor de oprichting van de Vereniging van Vrije Hervormden, maar het frappante was wel dat er op het eind van de middag van die dag een korte, zeer zware onweersbui met meerdere blikseminslagen over Gieterveen trok. ‘Het huis bewoond door wed. Schutterup en mede bewoond door den doofstomme schoenmaker W. Schutterup brandde tot de grond toe af. Alle huisraad, het geld, goud en zilver, benevens een schaap, een lam en een paar varkens en kippen werden een prooi der vlammen’. Het geeft een aardig inzicht wat men toen zoal in huis had. ‘Met moeite werden een paar kinderen buiten het vuur gehouden. Verder ontstond er brand bij Heiltje H., maar die werd door de omwonenden geblust (een gevalletje Noaberhulp, zeg maar!) en werden een koe en een paard gedood en werden meerdere bomen door het hemelvuur getroffen!’.

Ik las dit via het Delpher-zoeksysteem in de Provinciale Drentsche en Asser Courant van zaterdag 28 mei 1921. Het Dagblad van het Noorden besteedde weliswaar enkele dagen na de huidige stormramp een pagina aan onder andere de schade van Gieterveen, maar veel verder als dit kwam het niet. Volgens Het Journaal en zelfs tv-Drenthe vond de storm plaats tussen Meppel en Gieten en hield het daar kennelijk op. Dat doet een beetje zeer. Als zo’n bui over Wassenaar of Zandvoort aan Zee was getrokken, zou het wis en waarachtig alle nieuwsblokken hebben gehaald. Je kunt natuurlijk beter met iets aardigs, iets wat geen kwaad kan of schade veroorzaakt in de media komen. Of gewoon helemaal niet, want aan veel nieuws zit een luchtje, een onwelriekend windje en die veroorzaken ten slotte niet zelden storm in een glas water!

Willem.