Column Willem Haandrikman “Promoproatie”

354

Promoproatie

Zo nu en dan fiets ik op een zaterdagochtend naar Gasselternijveen. Even eieren halen bij de boer en een krant bij de Spar. Ik ben geen dwangmatige, eerder een mooiweerfietser. Doordat ik meerdere keren per week met de auto over Gasselternijveen kom kan ik die eieren evengoed dán meenemen en een krant kan ik ook wel een keer missen. Maar het is de som der delen en dus besluit ik te gaan fietsen. Het gekke is dat ik eigenlijk nooit een plezierige voorgedachte aan fietsen heb. Als ik er goed over nadenk is het maar een gezwoeg van niks, maar ja dat geldt voor elke lichamelijke inspanning die onder het mom van sport wordt beoefend. Zodra ik echter fiets is er van scepsis niets meer over en geniet ik van elke pedaalslag. Weervrouw Harma Boer had later in de ochtend een buitje voorspeld, dat wel. De eieren en de krant waren al snel gescoord en gezegend met een vleug adrenaline en goede zin fietste ik op Gasselte aan en stak de grote weg over richting Kostvlies. Wat een magistraal gebiedje is dit toch! En door naar Achter’t Hout richting Bonnen. Ik hoor en lees wel eens over de mooiste plek hier of daar (altijd ver weg), maar de mooiste plek vanaf Bonnen het Hunzedal inkijkend ligt voor mij zo tussen de huisnummers 40 en 50. En juist dáár, op het meest ideale kijkpunt staat een totaal vervallen bouwwerkje. Ik zou het een huisje kunnen noemen en gezien de nummering zal het dat ook wel geweest zijn. Als ik rijk genoeg zou zijn zou ik het herbouwen en het als vakantiehuisje gebruiken. Dat nooit iemand op dat idee gekomen is… Ik sta er altijd even stil en geniet. Het is een beetje Limburg aan de Hunze. Ik fietste weer verder, de Bonnerdijk af en naar de Veenhof. Ook zo’n wonderlijk mooi en oeroud gehucht. Dan door naar de oversteek van de Hunze. Ik stopte op het bruggetje en keek een tijdlang uit over het beekje. Alleen het water van de moederrivier was te horen, verder niets. Zag ik daar niet plotseling de felblauwe flits van een ijsvogeltje? Het zou best kunnen. Nog niet eens zo lang geleden bestond het plan om dit bosje op te ruimen. Is gelukkig niet gebeurd. Ook de Hunze krijgt weer zijn natuurlijke loop. Als jongeling viste ik er weleens, maar nadat ik op een middag een paling aan de lijn kreeg en geen raad met het kronkelende dier wist, hield ik het voorgoed voor gezien. Door haar snelle stroming zouden er nu misschien zelfs forellen in kunnen aarden. Ik fietste de Torenveen op en daarna Bonnerveen. Al die tijd had ik bijna geen auto gezien, maar bij het naderen van het bord Gieterveen vlogen mij ineens wel 4­5 auto’s achter elkaar voorbij. Alsof ze spontaan uit de klinkers opstegen. Voorbij DARWINKEL reed ik en voorbij Gieterveens eerste taxibedrijf Harm Fiets. Oude glorie, ik weet het. Ik groette mensen die in hun tuintje bezig waren en passanten. Mijn broekstof schuurde over de kippenvelpikkels op mijn benen van genot. ‘Moi Lammert’ zingzong ik , ‘moi Henk’ en ‘moi Tammo, moi Frans, mooi weer hè?!’ ‘Jaojao, maor de locht trekt aordeg dicht boov’n Gait’n’, de’r komp’n beste buie an..’ Niks, niks, ’t is prachtig weer! Ik reed mijn pad op en ging naar binnen. De vrouw had verse thee en broodjes. Oh, zo’n ritje maakt je kop open, geeft je frisse lucht en maakt je hongerig. Het leek alsof ik al een volle dag gangs was en toen ja toen kletterde toch ineens de regen neer. Kregen die zuurpruimen nog gelijk ook. Nou ja, dit was tenminste binnen. Volgende week, zelfde tijd… weer!!

Willem